Wie niet meer in de automatische stand wil fotograferen zal er tegen aan lopen. Wat is de juiste sluitertijd en hoe berken je die? Welke invloed heeft de brandpuntsafstand hierop en hoe kun je dat berekenen.
De moderne camera’s kunnen steeds meer maar zorgen er ook voor dat er steeds meer variabelen komen om rekening mee te houden. Het kiezen van een juiste sluitertijd kan daardoor een aardige opgave zijn als je handmatig fotografeert. Aan de hand van de brandpuntsafstand kon je in het verleden toch een aardige berekening maken. Deze vuistregel geeft je nog steeds een vaste waarde van waaruit je kunt vertrekken. Fotografie is nou eenmaal ook een beetje proberen en uitzoeken wat het beste werkt.
Â
1. Weten met welke brandpuntsafstand je fotografeert.
Voordat ik deze vuistregel aan je kan uitleggen is het belangrijk om te weten met welke lens je aan het fotograferen bent. Gebruik je een standaard kitlens van 18-55mm of juiste een telelens van bijvoorbeeld 70-200 mm. Gebruik je een groothoek of juist een lens met een vast brandpunt. Allemaal variabelen die een ander effect op je brandpuntsafstand hebben. Zoals je op de onderstaande foto kunt zien heeft een kortere lens een ander brandpunt dan een telelens. Met het brandpunt bedoel ik dan het punt waar de lijnen elkaar kruisen.
Wanneer je met lenzen werkt die een vast brandpunt hebben heb je meerdere voordelen. Naast kwaliteit en scherpte heb je ook een vast gegeven. Je brandpuntsafstand is en blijft gelijk. Werk je met een zoomlens dan krijg je met veranderende omstandigheden te maken. Je zult voortdurend moeten kijken op welke brandpuntsafstand je fotografeert en corrigeren daar waar nodig is. Vind je dat teveel gedoe en wil je het allemaal niet te moeilijk maken? Kies in dat geval voor het minst kwade alternatief en het meest acceptabele gemiddelde.
Om de uitleg overzichtelijk te houden baseer ik mij in dit artikel op zogenoemde ‘Prime lenzen’. Dat zijn lenzen met een vast brandpunt die de berekening van de vuistregel makkelijker maken. Uiteindelijk willen we het ook niet moeilijk maken dan het is 😉
Â
2. Welke sensor zit er in je camera?
Misschien niet het eerste waar je stil bij zou staan als je naar de camera kijkt. Toch is dit het hart van je fotografie activiteiten en het digitale oog waarmee je alles registreert. Gebruikten we vroeger filmrolletjes om te belichten, tegenwoordig doen we dat met een enorme chip. Deze beeldsensor vangt het licht op en zet deze om in een digitaal signaal. Hoe groter deze beeldsensor des te duurder hij zal zijn en zo werkte het ook al in het analoge tijdperk met de filmpjes. Hoe groter de film moest zijn, hoe prijziger de rolletjes waren. het is dan ook niet vreemd dat er toen al verschillende formaten camera’s en filmrolletjes beschikbaar waren. De meest bekende zijn van klein naar groot: APS (Advanced Photo System), kleinbeeld, middenformaat en grootformaat.
Tegenwoordig gebruiken we deze formaten nog steeds maar dan op sensor formaat. Vandaag de dag zijn er zelfs nog veel meer kleinere formaten bijgekomen doordat we chips steeds kleiner kunnen maken. Een mooi voorbeeld daarvan is de ontwikkeling van camera’s in mobiele telefoons. Elk formaat heeft dus zijn eigen voordelen, nadelen en beperkingen. Het is dan ook belangrijk om te weten van welk type sensor jij in je camera gebruik maakt. Weet je dat niet precies, kijk dan in je gebruiksaanwijzing, vraag het de verkoper of de fabrikant.
3. Weet je het sensorformaat, dan weet je ook de cropfactor.
Gaan we het nu nog moeilijk maken? Nee hoor, rustig blijven ademen want ik had al genoemd dat elke sensor zijn eigen voor en nadelen heeft. De belangrijkste om te onthouden is; “hoe kleiner de sensor, hoe kleiner het beeld “. Dat wil eigenlijk zeggen we met een zogenoemde cropfactor te maken krijgen. Dit is een getal dat weergeeft hoeveel minder beeld er geregistreerd wordt ten opzichte van het ‘Full Frame’ formaat. Deze camera’s worden ‘Full frame’ genoemd vanwege het formaat van de sensor die ze bevatten. Dit formaat is 36 bij 24 mm! (kleinbeeldformaat) Het gehele systeem van spiegelreflex camera’s is gebouwd rondom dit formaat film.
Er zijn verschillende cropfactoren in het gebruik, variërend van 1,3 tot 4,8 (en misschien zelfs meer). Spiegelreflex camera’s hebben cropfactoren die vaak tussen de 1,3 en 1,7 liggen. Een 1,3 crop is dus een 1,3x minder beeldoppervlak, een 1,6 crop is dus 1,6x zo weinig. Van een full-frame sensor zou je kunnen zeggen dat de cropfactor simpelweg 1,0 is.
Â
4. Hoe bereken je de cropfactor van je camera
De beeldsensors werken dus met een verkleiningsfactor die je wilt gebruiken voor het berekenen van de juiste belichtingstijd. Om die cropfactor te achterhalen zul je dus moeten uitrekenen wat die verkleiningsfactor dan wel niet is. We hebben hierboven al besproken hoe je kunt al achterhalen welk type beeldsensor je camera heeft. In dat geval weet je ook welke afmetingen deze beeldsensor heeft. Op de afbeelding hieronder zie je enkel voorbeelden van het type sensor met het formaat.
We nemen de afmetingen van het ‘Full Frame’ (36 x 24 mm) formaat als vaste waarde om onze berekening te kunnen maken. Aan de hand van de lange en korte zijden kunnen we de diagonaal uitrekenen middels de stelling (a2 + b2 = c2) van Pythagoras. Om jullie de uitleg te besparen is er ook een makkelijkere manier om aan deze diagonale waarde te komen. Even Googelen op ‘Image sensor size’, je camera en merk opzoeken, en je wiskunde knobbel kun je met rust laten;-) De diagonaal van je gecropte beeldsensor delen we vervolgens door de diagonale waarde (43,27) van de Full Frame sensor. Voila, we weten de verkleiningsfactor (cropfactor) van je camera!
In deze tabel heb ik de voorbeelden van de camera’s op de afbeelding alvast voorgerekend. Probeer het eens zelf om beter te begrijpen welke cropfactor jou camera heeft.
Formaat: APS-C | Formaat: 4/3 | Formaat: 1-Inch |
---|---|---|
23,6 mm x 15,6 mm | 17 mm x 13 mm | 13,2 mm x 8,8 mm |
Diagonaal 28,37 mm | Diagonaal 22,28 mm | Diagonaal 15,86 mm |
43,27 / 28,37 = 1,5250 | 43,27 / 22,28 = 1,9421 | 43,27 / 15,86 = 2,7282 |
Cropfactor = x 1,52 | Cropfactor = x 1,94 | Cropfactor = x 2,73 |
Â
5. Gebruik deze vuistregel als basis voor je sluitertijd.
We hebben het nu gehad over de brandpuntsafstand, het type sensor en de cropfactor. Tijd om uit te gaan leggen wat die vuistregel toch is waar ik het steeds over heb gehad. We willen namelijk kunnen uitrekenen wat de minimale sluitertijd is die we nodig hebben. Je wilt voorkomen dat er bewegingsonscherpte ontstaat als je uit de hand fotografeert. Elke foto die je maakt heeft een bepaalde sluitertijd. Deze tijd geven we aan in een seconde en elke tijd die sneller is dan een seconde geven we aan in een breuk.
sluitertijd = 1 / [brandpuntsafstand * cropfactor]
Nou zullen sommigen gelijk in de stress schieten bij het woord ‘breuken’ maar wees gerust het valt best mee. Op veel camera’s kun je de sluitertijd instellen van zo’n 1/4000 tot 30 seconden. Het verschilt soms wat per camera. Wil je meer uitleg over de werking van sluitertijden in je camera? Lees dan meerdere artikelen in mijn cursus fotografie die zijn te vinden in mijn blog. Nu we weten hoe sluitertijden worden aangegeven gaan we aan de slag met de bovenstaande formule.
Â
6. De juiste sluitertijd berekenen.
Om de sluitertijd te achterhalen van de bovenstaande formule, willen niks anders weten dan het getal achter de schuine streep. We hebben daar dus de brandpuntsafstand en de cropfactor voor nodig. Om het overzichtelijk te houden hadden wij eerder afgesproken dat we zogenoemde ‘Prime lenzen’ zouden gebruiken voor de berekening. Je weet hierdoor makkelijker de juiste brandpuntsafstanden dan bij zoomlenzen.
Stel we gebruiken een prime lens met een brandpuntsafstand van 50 mm. Je hebt ondertussen ook achterhaald dat de cropfactor van je camera x 1,52 is. Voeren we die getallen in de formule dan krijg je dus de volgende rekensom:
sluitertijd = 1 / [50mm * x 1,52]
Maak je deze rekensom dan krijg je als uitkomst: sluitertijd = 1/76. Dit is natuurlijk best een gekke waarde die we onder onze sluitertijd waarden in onze camera niet snel zullen vinden.
1/8000 – 1/6400 – 1/5000 – 1/4000 – 1/3200 – 1/2500 – 1/2000 – 1/1600 – 1/1250 – 1/1000 – 1/800 – 1/640 – 1/500 – 1/400 – 1/320 – 1/250 – 1/200 – 1/160 – 1/125 – 1/100 – 1/80 – 1/60 – 1/50 – 1/40 – 1/30 – 1/25 – 1/20 – 1/15 – 1/13 – 1/10 – 1/8 – 1/6 – 1/5 – 1/4 – 0.3 – 0.4 – 0.5 – 0.6 – 0.7 – 0.8 – 1s – 1.3 – 1.6 – 2 – 2.5 – 3.2 – 4 – 5 – 6 – 8 – 10 – 13 – 15 – 20 – 25 – 30.
In dat geval pakken we de dichtstbijzijnde waarde zoals ik die hierboven in groen heb aangegeven.
Â
7. Let op de juiste getallen en waarden.
Doordat ik hierboven ook de halve waarden en de 1/3 waarde van een sluitertijd heb staan kan het zijn dat het verwarrend werkt. Het is namelijk zo dat je er ook voor kunt kiezen om alleen met hele waarden (stops) te werken. Dit kun je in het menu van je camera instellen naar eigen wens dus controleer even de gebruiksaanwijzing hiervoor. Zo’n getallenreeks ziet er dan anders uit:
Snelle sluitertijd ——————— Lange sluitertijd
1/8000 – 1/4000 – 1/2000 – 1/1000 – 1/500 – 1/250 – 1/125 – 1/60 – 1/30 – 1/15 – 1/8 – ¼ – ½ – 1 seconde – 2 – 4 – 8 – 15 – 30
Ook bij deze andere getallenreeks pak je het getal dat het dichts bij de uitkomst (sluitertijd = 1/76) van de vuistregel komt. Ook hier heb ik deze twee getallen in groen aangegeven. Het is dus belangrijk om de getallen en waarden van je camera te onthouden en te begrijpen. Je zult merken dat je naar verloop van tijd makkelijk de jusite sluitertijd weet te kiezen. Door ervaring ga je onthouden welke combinatie’s er zijn met ISO waarde en diafragma. Samen vormen deze waarden de belichtingsdriehoek die voor de juiste belichting van je foto zorgt.
Maak met de brandpuntsafstanden op de onderstaande afbeelding zelf ook een paar berekeningen. Vergeet daarbij niet dat wanneer we gebruik maken van een ‘Full Frame’ camera, we geen rekening hoeven te houden met de cropfactor. De formule ziet er dan als volgt uit: sluitertijd = 1 / [brandpuntsafstand]. Vullen we deze formule in met een brandpuntsafstand van 250 mm dan krijgen we het volgende antwoord: sluitertijd = 1 / 250. We zien dan gelijk hoe makkelijk het rekenen is met een Full Frame camera:-)
-
Basis cursus fotograferen voor beginners€149.00
-
Cursus fotografie voor gevorderen€149.00
-
Cursus fotografie voor Experts€149.00